6.1 Een nieuwe zijl bij Arbere (1313)
6.2 Een nieuwe zijl in Aduard (c. 1335)
6.3 Een nieuwe zijl bij Wierum (1360)
6.4 De zijlbrief van het Aduarderzijlvest (1382)
6.5 Het Aduarderdiep gegraven (c. 1400)
6.1 Een nieuwe zijl bij Arbere (1313)
Uit een moeilijk te interpreteren akte van 1313 (waarvan een vertaling is opgenomen) blijkt dat Aduard, Peize, Roden, Foxwolde en Lieuwerderwolde afspraken hebben gemaakt over een gezamenlijke zijltocht en nieuwe zijl in de ‘Kliefslootgeul’ bij het ten noordwesten van Aduard gelegen Arbere.
Het gedeelte van het diep dat gelegen is tussen de Klief bij Hoogkerk en de Lindt zou alleen door Aduard onderhouden worden; vanaf de Klief naar het zuiden zou het onderhoud ten laste komen van degenen die de aan het diep gelegen landerijen bezaten. De partners zouden er samen voor zorgen dat twee bruggen over de watergang (een wagenbrug bij het klooster Aduard en een kerkbrug bij Leegkerk) naar behoren onderhouden zullen worden.
6.2 Een nieuwe zijl in Aduard (c. 1335)
Uit een ongedateerde akte die waarschijnlijk uit 1335 dateert en waarvan een becommentarieerde vertaling is opgenomen, blijkt dat de partners die in 1313 afspraken maakten over de afwatering bij Aduard, nog altijd in die buurt hun water loosden.
6.3 Een nieuwe zijl bij Wierum (1360)
Omstreeks 1360 lijkt een nieuwe afwatering te zijn aangelegd voor het laaggelegen gebied van Lieuwerderwolde. Een nieuwe zijltocht voerde het water uit die streek naar het noorden. De afspraken die gemaakt zijn over de aanleg ervan zijn niet bewaard gebleven, maar een zuid-noord georiënteerde sloot bij Dorkwerd – dit spoor is in hoofdstuk 5.1. besproken – maakt duidelijk dat het zo moet zijn gegaan. Daarop wijst ook een akte van 25 augustus 1360, waarvan een vertaling is opgenomen.
6.4 De zijlbrief van het Aduarderzijlvest (1382)
Het oudste reglement van het Aduarderzijlvest is in het Nederduits gesteld. Het stuk is in originele vorm bewaard gebleven en een vertaling in modern Nederlands is in dit hoofdstuk opgenomen. Onder meer blijkt uit deze tekst dat Aduard, Lieuwerderwolde en de Drentse kerspelen Peize, Roden en Foxwolde – de partners die in 1313 samenwerkten – ook in 1382 nog gezamenlijk op de Kliefslootgeul uitwaterden.
6.5 Het Aduarderdiep gegraven (c. 1400)
Naarmate de Kliefslootgeul ten noordwesten van Aduard dichtslibde, groeide de noodzaak om een alternatieve waterlossing te vinden of te maken. Omstreeks 1400 moet het Aduarderdiep naar het noorden zijn doorgetrokken, met een monding tussen Feerwerd en Garnwerd. In 1407 wordt voor het eerst ‘de blokzijl van Aduard’ genoemd, waarvan wordt aangenomen dat deze sluis ter plaatse van het gehucht Aduarderzijl is gebouwd.
Omvang van het PDF-bestand: 11 MB
Uit een moeilijk te interpreteren akte van 1313 (waarvan een vertaling is opgenomen) blijkt dat Aduard, Peize, Roden, Foxwolde en Lieuwerderwolde afspraken hebben gemaakt over een gezamenlijke zijltocht en nieuwe zijl in de ‘Kliefslootgeul’ bij het ten noordwesten van Aduard gelegen Arbere.
Het gedeelte van het diep dat gelegen is tussen de Klief bij Hoogkerk en de Lindt zou alleen door Aduard onderhouden worden; vanaf de Klief naar het zuiden zou het onderhoud ten laste komen van degenen die de aan het diep gelegen landerijen bezaten. De partners zouden er samen voor zorgen dat twee bruggen over de watergang (een wagenbrug bij het klooster Aduard en een kerkbrug bij Leegkerk) naar behoren onderhouden zullen worden.
6.2 Een nieuwe zijl in Aduard (c. 1335)
Uit een ongedateerde akte die waarschijnlijk uit 1335 dateert en waarvan een becommentarieerde vertaling is opgenomen, blijkt dat de partners die in 1313 afspraken maakten over de afwatering bij Aduard, nog altijd in die buurt hun water loosden.
6.3 Een nieuwe zijl bij Wierum (1360)
Omstreeks 1360 lijkt een nieuwe afwatering te zijn aangelegd voor het laaggelegen gebied van Lieuwerderwolde. Een nieuwe zijltocht voerde het water uit die streek naar het noorden. De afspraken die gemaakt zijn over de aanleg ervan zijn niet bewaard gebleven, maar een zuid-noord georiënteerde sloot bij Dorkwerd – dit spoor is in hoofdstuk 5.1. besproken – maakt duidelijk dat het zo moet zijn gegaan. Daarop wijst ook een akte van 25 augustus 1360, waarvan een vertaling is opgenomen.
6.4 De zijlbrief van het Aduarderzijlvest (1382)
Het oudste reglement van het Aduarderzijlvest is in het Nederduits gesteld. Het stuk is in originele vorm bewaard gebleven en een vertaling in modern Nederlands is in dit hoofdstuk opgenomen. Onder meer blijkt uit deze tekst dat Aduard, Lieuwerderwolde en de Drentse kerspelen Peize, Roden en Foxwolde – de partners die in 1313 samenwerkten – ook in 1382 nog gezamenlijk op de Kliefslootgeul uitwaterden.
6.5 Het Aduarderdiep gegraven (c. 1400)
Naarmate de Kliefslootgeul ten noordwesten van Aduard dichtslibde, groeide de noodzaak om een alternatieve waterlossing te vinden of te maken. Omstreeks 1400 moet het Aduarderdiep naar het noorden zijn doorgetrokken, met een monding tussen Feerwerd en Garnwerd. In 1407 wordt voor het eerst ‘de blokzijl van Aduard’ genoemd, waarvan wordt aangenomen dat deze sluis ter plaatse van het gehucht Aduarderzijl is gebouwd.
Omvang van het PDF-bestand: 11 MB